vervangen
Néerlandais
Étymologie
- Dérivé par préfixation de vangen.
Verbe
| Présent | Prétérit | |
|---|---|---|
| ik | vervang | verving |
| jij | vervangt | |
| hij, zij, het | vervangt | |
| wij | vervangen | vervingen |
| jullie | vervangen | |
| zij | vervangen | |
| u | vervangt | verving |
| Auxiliaire | Participe présent | Participe passé |
| hebben | vervangend | vervangen |
vervangen \Prononciation ?\ transitif
- Remplacer, substituer.
Op Ingarö had hij zijn eerste boot gekregen, een eenmans-jeugdzeilboot, een Optimist. Die werd vervangen door een Laser, om uiteindelijk plaats te maken voor een snelle tweemans-zwaardboot, een Flying Dutchman met een donkerblauwe romp.
— (Viveca Sten, Hogere kringen, traduit du suédois par Tineke Jorissen-Wedzinga, Querido's Uitgeverij, 2011, page 271. → lire en ligne)- La traduction en français de l’exemple manque. (Ajouter)
Vervangen worden door.
- Se substituer à.
Vier werklieden vervangen elkaar iedere twee uur.
- Quatre travailleurs se relaient toutes les deux heures.
Taux de reconnaissance
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 99,6 % des Flamands,
- 99,3 % des Néerlandais.
Prononciation
- (Région à préciser) : écouter « vervangen [Prononciation ?] »
Références
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal [≈ Reconnaissance du vocabulaire des Néerlandais et des Flamands 2013 : résultats de la grande enquête nationale sur les langues], Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 pages. → [archive du fichier pdf en ligne]