effectief
Néerlandais
Étymologie
- Étymologie manquante ou incomplète. Si vous la connaissez, vous pouvez l’ajouter en cliquant ici.
Adjectif
effectief \Prononciation ?\
Adverbe
effectief \Prononciation ?\
- Efficacement
- De verspreiding van virussen zoals het Coronavirus kan effectief gestopt worden door een strikte naleving van de basisaanbevelingen inzake hygiëne.
- La propagation de virus tel que le Coronavirus peut être efficacement enrayée en respectant strictement les recommandations d'hygiène de base.
- De verspreiding van virussen zoals het Coronavirus kan effectief gestopt worden door een strikte naleving van de basisaanbevelingen inzake hygiëne.
Synonymes
- afdoend
- daadwerkelijk
- doeltreffend
- effektief
- werkdadig
- werkelijk
- werkzaam
Taux de reconnaissance
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 99,6 % des Flamands,
- 98,2 % des Néerlandais.
Prononciation
- Pays-Bas : écouter « effectief [Prononciation ?] »
Références
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal [≈ Reconnaissance du vocabulaire des Néerlandais et des Flamands 2013 : résultats de la grande enquête nationale sur les langues], Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 pages. → [archive du fichier pdf en ligne]