NAVO
Néerlandais
Étymologie
- (Abréviation) Abréviation de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie.
Nom commun
NAVO \ˈnavo\
- (Militaire) OTAN.
Ondanks de soms scherpe en emotionele publieke kritiek van president Karzaï op de NAVO en de Verenigde Staten, in her bijzonder wanneer er burgerslachtoffers vallen, kan duidelijk gesteld worden dat vooruitgang werd geboekt.
— (Luitenant-kolonel Vincent Descheemeaker, « 12 jaar ISAF, een terugblik », Belgisch Militair Tijdschrift / Revue militaire belge, juin 2014, page 35)- La traduction en français de l’exemple manque. (Ajouter)
Dérivés
- NAVO-bombardement
- NAVO-bondgenoot
- NAVO-dubbelbesluit
- NAVO-hoofdkwartier
- NAVO-kringen
- NAVO-missie
- NAVO-raad
- NAVO-schip
- NAVO-secretaris-generaal
- NAVO-strijdkrachten
- NAVO-top
- NAVO-troepen
- NAVO-vliegtuig
Prononciation
- Pays-Bas : écouter « NAVO [Prononciation ?] »
Références
- « NAVO », dans Union de la langue néerlandaise, Woordenlijst Nederlandse Taal, 2015 → consulter cet ouvrage